Het overhemd is een kledingstuk dat nooit is helemaal is verdwenen uit de herenmode. Oorspronkelijk werd deze herenblouse enkel gedragen als onderkleding. Wanneer je een overhemd droeg zonder gilet en jas, liep je als het ware rond in je ondergoed. Toch heeft het overhemd zich een weg naar de spotlights gevochten en is het inmiddels algemeen aanvaard om het hemd als bovenkleding te dragen. De weg van onder- naar bovenkleding heeft grote invloed gehad op het ontwerp van het hemd.
Introductie van kleur
Wie zich in vroeger tijden kon veroorloven om een wit overhemd te dragen, had een goed gevulde portemonnee. De witte boord die boven de overjas uitstak benadrukte de rijkdom van een persoon. Enkel iemand die mensen in dienst had om de kleding te wassen kon een spierwit hemd dragen. Rond 1920 werd de mode ietwat kleurrijker. Men droeg het overhemd nog steeds als onderhemd, maar hij was nu verkrijgbaar in verschillende kleuren of met strepen.
De remmen los
In de jaren 60 gaan eindelijk de artistieke remmen los. Kleding wordt bedrukt met felle psychedelische prints en natuurlijk kan het overhemd niet achterblijven. Er ontstaan uiteenlopende typen overhemden die nu dan ook echt als bovenkleding gedragen worden. De bovenste knoopjes blijven open staan en de haren worden langer. Het ontwerp van het klassieke overhemd wordt ook beïnvloed door de algemeen heersende vrijheid. Toch blijft het klassieke hemd altijd trouw aan zijn oorsprong ondanks dat er hier en daar subtiele extravagante details te ontdekken zijn.